Huiselijk geweld komt nog steeds vaak voor in Europa. Een op de vier mensen kent iemand die er het slachtoffer van is geweest. Uit een EU-enquête blijkt dat een op de vijf vrouwen ooit te maken heeft gehad met fysiek en/of seksueel geweld door haar partner of ex-partner. Volgens moordstatistieken uit 16 EU-landen zouden bovendien ruim 1 100 slachtoffers – waarvan twee derde vrouwen – in 2020 vermoord zijn door een familielid of intieme partner.

De EU heeft actie ondernomen zodat slachtoffers van huiselijk geweld in de hele EU de nodige steun krijgen. Zo heeft zij de wet over de rechten van slachtoffers aangenomen. Op grond daarvan moeten alle EU-landen sinds 2015 toegang bieden tot opvangplaatsen, informatie, een individuele beoordeling en speciale bescherming bij strafrechtelijke procedures. Dankzij de wet op het beschermingsbevel kan een bevel dat in een EU-land wordt uitgesproken ook snel in alle andere EU-landen worden erkend. Daarnaast heeft de EU het programma Burgers, gelijkheid, rechten en waarden (CERV) opgezet. Via Daphne, een van de onderdelen van het programma, financiert de EU projecten om alle vormen van gendergerelateerd geweld tegen te gaan, met inbegrip van huiselijk geweld. De EU is bijna klaar met de officiële goedkeuring van het Verdrag van de Raad van Europa over de voorkoming en bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld. Als het zover is, zal ze in overeenstemming met deze internationale normen maatregelen kunnen nemen over asiel en de bescherming van slachtoffers van misdrijven. De EU werkt momenteel aan een EU-wet om slachtoffers van geweld tegen vrouwen beter te beschermen, hun toegang tot de rechter te verbeteren, en ervoor te zorgen dat de EU-landen steun- en preventiemaatregelen nemen. Zo moeten zij voorzien in een gratis nationale hulplijn, gespecialiseerde hulpdiensten en opvangcentra voor slachtoffers.