Maak je je zorgen over wat jouw kleintje eet? Het ouderschap brengt nieuwe verantwoordelijkheden met zich mee en het is niet altijd makkelijk om je baby de beste voeding te geven. Vrijwel nergens ter wereld gelden zulke strenge normen voor voedselveiligheid als in de EU. Dit geldt natuurlijk ook voor babyvoeding.

Deskundigen zijn het er over eens dat borstvoeding het beste is voor baby’s, maar dat is niet altijd mogelijk. Daarom zijn er vervangende producten op de markt. Deze moeten voldoen aan strenge EU-regels, bijvoorbeeld op het gebied van etikettering, zodat je gemakkelijk kunt zien of ze geschikt zijn. Afhankelijk van de leeftijd van je kind en welke voeding het nodig heeft, wordt babyvoeding in drie categorieën ingedeeld: “volledige zuigelingenvoeding” (flesvoeding), “opvolgzuigelingenvoeding” of “bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en andere babyvoeding”. Volledige zuigelingenvoeding is uitsluitend bestemd voor baby’s die nog geen vast voedsel eten. Wanneer je met vaste voeding begint, kun je dat aanvullen met opvolgzuigelingenvoeding. Die hoort het belangrijkste vloeibare bestanddeel te vormen van een steeds gevarieerder eetpatroon. De derde categorie is voor baby’s die geen borstvoeding meer krijgen en kinderen tussen de een en drie jaar. Deze babyvoeding is bedoeld als aanvulling en om je kleintje geleidelijk te laten wennen aan gewone voeding.

De EU-wetgeving over de samenstelling van babyvoeding wordt regelmatig bijgewerkt op basis van de laatste wetenschappelijke adviezen. Zo werd recent een verbod ingevoerd op gezondheidsclaims voor volledige zuigelingenvoeding, om borstvoeding te bevorderen. Ook is het gebruik van afbeeldingen of tekst die opvolgzuigelingenvoeding zou kunnen idealiseren verder beperkt. Vroeger gold deze beperking alleen voor volledige zuigelingenvoeding.